‘Dit is wat we ze voeren’, vertelt Neve, terwijl hij een dikke, gelige soep in een witte emmer toont. ‘Een soort babyvoeding, die ook wel iets weg heeft van het spul dat je na een flinke nacht stappen aantreft op de stoep bij cafés’, aldus Neve. Het bacterievoer wordt aangevoerd in grote tankauto’s en bestaat uit organisch afval uit supermarkten en reststromen uit de voedingsmiddelenindustrie. Jaarlijks is de totale aanvoer aan organisch afval bij Orgaworld Amsterdam 120 duizend ton. Neve: ‘Afhankelijk van de aanvoerstroom verschilt de samenstelling enigszins. Mijn taak is het zo te mengen dat onze bacteriecultuur het toch kan verwerken. Als het goed loopt, is de verblijfstijd drie weken. Als het over de vier weken heen gaat, dan gaat het geld kosten’.

De stappen die de afvalverwerking doorloopt illustreert Neve met monsters in grote glazen buizen. De samenstelling hiervan loopt van pikzwart stroperig naar bijna helder water. In de eerste twee rijen enorme metalen opslagvaten wordt het vloeibare afval gemengd. In twee enorme en een wat kleinere geribbelde vergistingstank vindt het belangrijkste proces plaats: fermentatie onder anaerobe omstandigheden. ‘Door het ontbreken van zuurstof is chemisch sprake van reductie’, dicteert Neve. ‘Daardoor verlaten koolwaterstofverbindingen de reactor voor een groot deel als methaan.’ Dit biogas wordt gebruikt voor elektriciteitsproductie en met de restwarmte van dit proces wordt slib gedroogd met een drooginstallatie. Aerobe, zuurstofrijke reactoren en membraanfilters reinigen vervolgens het water, waarna uiteindelijk water overblijft met een lichte theekleur. ‘Dat is in principe schoon water: de kleur dankt het aan onschuldige looizuren’, aldus Neve.

‘De productie van groene stroom is ons kernproduct’, vertelt Klaas van den Berg, algemeen manager bij Orgaworld. ‘We produceren elektriciteit voor vijftienduizend huishoudens en met restwarmte verwarmen we een aantal omliggende bedrijven en tweeduizend huishoudens.´ De warmteproductie van de gasturbines wordt ook gebruikt om het slib in een speciale installatie in te drogen tot een mestkorrel, met stikstof, fosfor en kalium in mengverhouding 5, 5 en 1. ‘Dat is hoogwaardige meststof, maar in Nederland is hier geen markt voor omdat er sprake is van mestoverschotten’, constateert Van den Berg. De meststof  gaat vooral naar landbouwgebieden in Zuid-België en Noord-Frankrijk.

Een andere inkomstenbron is de waterzuivering die Orgaworld verzorgt voor omringende bedrijven in samenwerkingsinitiatief Greenmills: Noba Vetveredeling, Rotie, Biodiesel Amsterdam en Wildjuice/ADM. Vanuit de lucht ziet dit verband er uit als een groot park aan tanks en reactorvaten, wat grote logistieke voordelen en milieuwinst oplevert. De faciliteit van Orgaworld beslaat 1,5 hectare en wordt draaiend gehouden door slechts vijf medewerkers. ‘Vier medewerkers in dagdienst, een parttime chemisch analist en in de avond houdt één van de medewerkers op afstand de faciliteit in de gaten’, aldus Van den Berg.  Kringlopen sluitend maken en zo weinig mogelijk afval verbranden of storten is volgens hem het streven van het bedrijf. ‘Over alle afvalstromen herwinnen we als Shanks 82 procent, voor organisch afval bij Orgaworld is dat zelfs 97 procent.’

Het bedrijf werkt veel met bewezen microbiologische processen en gedegen technologie, maar zet ook in op innovatie. Bij compostering onder meer in het Waste2Aromatics-project, dat beoogt lignocellulose, hemacellulose en suikers uit organisch afval tot hoogwaardigere producten te verwerken. Van den Berg: ‘Op ons organisch percolaatwater testen we nu in een pilot in Lelystad de mogelijkheid om bacteriën polyhydroxyalkanoaten te laten maken, bouwstenen voor biologische afbreekbare bioplastics. Het kan maar is nog relatief duur en nu wellicht nog iets voor een nichemarkt: een mooi idee dat je gft-afval kunt opsparen in zakken van bioplastic die zelf weer gemaakt zijn uit afvalwater. Meer maken uit afval is niet voor niets onze slogan.’

Door Gert van Maanen - Bionieuws